Mobiliteit: nog steeds een luxe in het Europese platteland?

In het EU-vervoersbeleid krijgt mobiliteit op het platteland de nodige aandacht. Toch blijft het voor veel mensen die buiten de stad wonen een dagelijkse strijd om zich te verplaatsen. In plattelandsgebieden in heel Europa is mobiliteit geen recht, maar vaak een luxe.

Gebrek aan toegang tot openbaar vervoer betekent dat mensen afhankelijk zijn van de auto om essentiële diensten zoals gezondheidszorg, onderwijs of werk te bereiken. Deze afhankelijkheid van de auto creëert structurele problemen: stijgende CO₂-uitstoot, krimpende plattelandsbevolking en belemmeringen voor de ontwikkeling van milieuvriendelijk toerisme. Wie worden het hardst getroffen? Jongeren, ouderen en huishoudens met een laag inkomen.

SMARTA-NET: een slimme zet voor plattelandsvervoer

Als antwoord op deze uitdagingen werd het SMARTA-NET- project (2022-2024) gelanceerd als onderdeel van de bredere inspanningen van de EU om duurzame mobiliteit op het platteland te versterken. Het project resulteerde in vier adviesrapporten, die erop gericht zijn lokale en regionale beleidsmakers te voorzien van bruikbare, milieubewuste strategieën.

Kunnen plattelandsgebieden deel uitmaken van het openbaarvervoersnetwerk?

Het eerste rapport, Rural Shared Mobility Solutions , presenteert ruim 30 praktische modellen – van planningsapps tot geïntegreerde ticketsystemen – die aantonen dat het mogelijk is om plattelandsdiensten te verbinden met het regionale openbaar vervoer.

Maar één grote vraag rijst: kunnen deze oplossingen langer meegaan dan de pilotprojecten, als de EU-financiering opdroogt? Kunnen lokale overheden het zich veroorloven om deze diensten te blijven aanbieden zonder langdurige financiële steun?

Laten we het over geld hebben – want dat is de echte uitdaging

Het tweede rapport, Funding Rural Mobility , behandelt de olifant in de kamer: hoe gaan we dat allemaal bekostigen?

Het pleit voor hybride financieringsmodellen, waarbij EU- en nationale fondsen, particuliere investeringen en grassrootsinitiatieven zoals gemeenschapsbudgetten of microsubsidies worden gecombineerd. Publiek-private samenwerking zou ook cruciaal kunnen zijn.

Maar is deze lappendekenaanpak wel stabiel genoeg? Of zou de EU in haar financiële kader voor de lange termijn een speciaal fonds voor plattelandsmobiliteit moeten overwegen?

Ontbreken de behoeften van het platteland in stedelijke mobiliteitsplannen?

Het derde rapport, Integrating Rural Mobility into Sustainable Urban Mobility Plans (SUMP) , benadrukt een lacune in de planning. SUMP's zijn ontworpen om het stadsvervoer te verbeteren, maar negeren vaak mensen die buiten de stadsgrenzen wonen maar dagelijks forenzen.

SMARTA-NET stelt voor om gegevens over plattelandsvervoer volledig te integreren in het planningsproces, wat zowel de stad als het platteland ten goede komt.
Maar zijn richtlijnen voldoende om oude planningsgewoonten te veranderen? Of is een diepere mentaliteitsverandering nodig?

Ecotoerisme kan niet alleen op auto's draaien

Het vierde rapport, Duurzame mobiliteit in landelijke toeristische regio's , richt zich op toeristen – en hoe zij zich verplaatsen. Het benadrukt de behoefte aan duidelijke, toegankelijke reisinformatie en intermodale opties, zoals het combineren van wandelen, fietsen, bus en trein in één naadloze reis.

Toeristen zijn nu vaak afhankelijk van de auto – vooral in afgelegen natuurgebieden – wat de druk op het milieu vergroot. Maar zullen toeristen hun auto laten staan ​​voor een betere website of een informatiecampagne, vooral als het dichtstbijzijnde treinstation 30 km verderop ligt?

Het bouwen van een duurzaam mobiliteitsnetwerk op het platteland

Naast de rapporten lanceerde SMARTA-NET het European Rural Mobility Network (ERMN) – een uniek platform dat gemeenten, ontwikkelingsorganisaties en ngo's verenigt. Vier persoonlijke bijeenkomsten, online webinars en trainingen op maat in 14 EU-landen droegen bij aan het opbouwen van lokale knowhow en het verbinden van belanghebbenden.

Maar hier is de grote vraag: nu SMARTA-NET ten einde loopt, zullen EU- of nationale instellingen deze samenwerkingsinfrastructuur in stand houden? Kunnen platforms zoals ERMN blijvende adviesorganen worden, of zullen ze verzanden in eenmalige succesverhalen?

Een platteland met lage emissie: visie of illusie?

SMARTA-NET sluit aan bij de langetermijnvisie van de EU voor plattelandsgebieden , die erop gericht is om tegen 2040 sterke, veerkrachtige en verbonden gemeenschappen te creëren. Het ondersteunt ook de doelstellingen van de Europese Green Deal door te streven naar lagere emissies en minder gebruik van fossiele brandstoffen.

De richting is goed. Maar zonder institutionele en financiële inzet zouden zelfs de beste strategieën zomaar een pdf kunnen worden, begraven in een digitaal archief. Als de EU echt een duurzaam, verbonden platteland wil, is er meer nodig dan ideeën – er moet actie worden ondernomen.

Waar komt het op neer?
Voor jonge Europeanen die dromen van een groenere, meer verbonden toekomst, is mobiliteit op het platteland geen bijzaak. Het staat centraal in de klimaatstrijd, sociale inclusie en de opbouw van een Europa dat werkt voor iedereen – niet alleen voor stadsbewoners.

Geschreven door

Geef het gesprek vorm

Heb je iets toe te voegen aan dit verhaal? Heb je ideeën voor interviews of invalshoeken die we moeten verkennen? Laat het ons weten als je een vervolg wilt schrijven, een tegengeluid wilt laten horen of een soortgelijk verhaal wilt delen.