In de hele Europese Unie ondervinden migrantenkinderen nog steeds aanzienlijke obstakels bij de toegang tot kwalitatief goed onderwijs en opvang voor jonge kinderen ( ECEC ). Toch tonen studies aan dat juist in deze vroege leerfase investeringen het meeste rendement kunnen opleveren – niet alleen voor kinderen, maar voor de samenleving als geheel.

Toegangsbelemmeringen: waarom veel migrantenkinderen achterblijven

Migrantengezinnen in de EU worden geconfronteerd met een aantal obstakels die hun toegang tot vroegschoolse educatie beperken. Volgens het OESO-rapport uit 2025 "Reducing Inequality through Investment in Early Childhood Education and Care " zijn zowel persoonlijke als institutionele factoren bepalend voor de vraag of migrantenkinderen naar de voorschool of kinderopvang kunnen.

Er zijn enkele directe belemmeringen – een tekort aan beschikbare plaatsen in kleuterscholen, financiële problemen of personeelstekorten in de regio. Maar indirecte belemmeringen kunnen net zo beperkend zijn: ingewikkelde administratieve procedures, gebrek aan duidelijke informatie over beschikbare diensten of een laag vertrouwen in onderwijsinstellingen.

In sommige gemeenschappen kunnen culturele en taalkundige normen ouders ervan weerhouden om gebruik te maken van kinderopvang (ECEC) of kunnen ze een beperkt inzicht hebben in het belang van vroegschoolse educatie voor de ontwikkeling van hun kind.

Vroeg investeren, later sparen

Vanuit overheidsbeleidsperspectief kan een lage deelname van migrantenkinderen aan het voorschools onderwijs leiden tot grote kosten op de lange termijn. Zoals de OESO opmerkt, leidt een gebrek aan toegang in een vroeg stadium vaak tot een grotere behoefte aan kostbaar inhaalonderwijs en uitgebreidere sociale ondersteuning later in het leven.

Maar er zijn eenvoudige, gerichte acties die kunnen helpen dit te voorkomen, zoals ouders helpen met het registratieproces, meertalig materiaal aanbieden of de aanwezigheid van instellingen in lokale gemeenschappen versterken.

Finland biedt een uitstekend voorbeeld. Onderzoek toont aan dat de integratie van migrantenkinderen door middel van spel en vroege taalverwerving niet alleen hun schoolrijpheid verbetert, maar ouders ook aanmoedigt om meer betrokken te raken bij hun lokale onderwijssystemen. ECEC vormt dan de eerste stap naar echte sociale inclusie.

Leraren en verzorgers hebben betere ondersteuning nodig

Om integratiebeleid te laten slagen, is het niet voldoende om alleen op kinderen te focussen – ook de volwassenen die voor hen zorgen en hen onderwijzen, hebben ondersteuning nodig. Een rapport uit 2023 van NESET (Netwerk van Deskundigen inzake de Sociale Dimensie van Onderwijs en Opleiding), opgesteld in opdracht van de Europese Commissie, benadrukt de sleutelrol van leerkrachten en verzorgers bij succesvolle vroege integratie.

Dit betekent dat ze niet alleen moeten worden uitgerust met gedegen pedagogische vaardigheden, maar ook met intercultureel begrip, meertalige communicatiestrategieën en tools voor het werken met gezinnen met verschillende sociale achtergronden. Helaas ontbreekt het personeel in de voor- en vroegschoolse educatie in veel EU-landen aan adequate opleidingsmogelijkheden of lesmateriaal dat is afgestemd op diverse situaties.

Instrumenten en goede praktijken: wat de EU doet

Als onderdeel van het Actieplan Integratie en Inclusie 2021-2027 publiceerde de Europese Commissie een Toolkit voor Inclusieve Vroegschoolse Educatie en Zorg . Deze toolkit biedt concrete richtlijnen en goede praktijken, aangepast aan de lokale context, en dekt de behoeften van alle migrantenkinderen – inclusief kinderen met aanvullende ondersteuningsbehoeften.

De toolkit is niet alleen praktisch voor instellingen, maar beoogt ook de harmonisatie van normen in de hele EU. Ondertussen laten grassrootsinitiatieven in de lidstaten zien hoe flexibiliteit en maatschappelijke betrokkenheid tot echte impact kunnen leiden.

In Duitsland leidt het Stadtteilmütter -project (Buurtmoeders) migrantenvrouwen op om in hun eigen gemeenschap te werken en andere gezinnen te helpen bij het inschrijven van hun kinderen in het onderwijs. Het programma heeft 15 taalgroepen bereikt en meer dan 15.000 huisbezoeken afgelegd.

Sinds 2004 organiseert Berlin het Bridging Diversity -onderwijsprogramma, dat leerkrachten helpt inclusie en respect voor diversiteit in het dagelijks leven in de klas te bevorderen. Deze aanpak versterkt de relaties met leeftijdsgenoten en pakt uitsluiting al op jonge leeftijd aan.

In Denemarken biedt het Kringlebakken -project, grotendeels gefinancierd door de stad Kopenhagen, een speelse en educatieve ruimte voor kinderen onder de 3 jaar en hun moeders, waardoor ze soepel kunnen overstappen naar het reguliere kleuteronderwijs.

In Frankrijk zet ANVITA – een netwerk van 76 gemeenten en regio's – zich in voor het bevorderen van een "welkomstbeleid" en heeft een werkgroep opgericht die zich richt op onderwijs. Een van de doelen is het verbeteren van de toegang tot verplicht voorschools onderwijs voor migrantenkinderen.

Tot slot biedt het Finse Turun Valkonauha Centrum uitgebreide ondersteuning aan migrantengezinnen, waarbij onderwijs wordt gecombineerd met gezondheids- en sociale zorg. Met de hulp van professionele therapeuten helpt deze holistische aanpak meer kinderen deel te nemen aan vroegschoolse educatie en zorg – en legt zo een basis voor langdurige integratie en welzijn.

Conclusie: inclusie begint vroeg

Of het nu gaat om taalvaardigheid, sociale binding of ouderbetrokkenheid, de voordelen van onderwijs in de vroege kinderjaren zijn duidelijk – met name voor migrantengezinnen. Als de EU sterkere, meer samenhangende gemeenschappen wil opbouwen, begint het pad niet op middelbare scholen of de arbeidsmarkt, maar veel eerder – in klaslokalen vol blokken, prentenboeken en nieuwsgierige kleine leerlingen.

Geschreven door

Geef het gesprek vorm

Heb je iets toe te voegen aan dit verhaal? Heb je ideeën voor interviews of invalshoeken die we moeten verkennen? Laat het ons weten als je een vervolg wilt schrijven, een tegengeluid wilt laten horen of een soortgelijk verhaal wilt delen.