Dit zijn de ceremoniële poorten van het complex; hier bevinden zich kleine tempels voor de goden en het standbeeld van Athena Promachos. Daarna begeeft men zich geleidelijk naar binnen, waar de parel in de Atheense kroon zich onthult: het Parthenon. Het gebouw werd gebouwd door Phidias en vertegenwoordigt om verschillende redenen een uitzonderlijke architectonische creatie. Het is gebaseerd op de Dorische orde, die niet wordt gekenmerkt door bijzondere pracht en praal, maar desalniettemin uitstekend samengaat met de schaal van het gebouw en een gevoel van grandeur creëert.
Het gebouw was zo ontworpen dat de perspectiefverkorting van een afstand er geen effect op zou hebben; en hoewel het op het eerste gezicht hier en daar gebogen is en de afstanden tussen de zuilen ongelijk zijn, lijkt het van veraf perfect recht. In de cella (hoofdzaal) stond het beroemde beeld van Athena Parthenos – eveneens een werk van Phidias. Het andere belangrijkste gebouw in het complex verwijst naar een latere fase van de klassieke periode, toen uniformiteit de makers leek te verstikken en ze op zoek waren naar iets nieuws, maar nog steeds niet in de stijl van het hellenisme. Dit verwijst naar de tempel van Athena en Poseidon – het Erechtheion.
Het indrukwekkende element is het gebruik van een methode die naar de achtergrond was verdwenen, zelfs een die vreemd was aan het classicisme: karyatiden – sculpturen van vrouwen die de rol van zuilen spelen. Wat hier opvalt, is dat ze, ondanks het enorme gewicht dat erop rust, wat hun stevigheid vereist, zo sierlijk en etherisch blijven, alsof het hoofdgestel erboven aan een touw aan een onzichtbaar plafond hangt. Hier ligt de virtuositeit van het Erechtheion. Tegen die tijd was het gebruik van de Ionische orde gemeengoed geworden, en de behoefte aan extra pracht leidde tot de creatie van een nieuwe orde – de Korinthische, geïnspireerd op de bladeren en voluten van de Ionische.