Het EURES-platform van de EU probeert de situatie te egaliseren door grensoverschrijdende mobiliteit te stimuleren. Maar is dit echt een weg naar kansen – of slechts een symptoom van een systemische onevenwichtigheid in het EU-werkgelegenheidsbeleid?

Een unie van vrij verkeer – op papier

De Europese Unie belooft vrij verkeer van werknemers, maar voor veel werknemers is verhuizen naar een ander land verre van eenvoudig. Juridische, taalkundige en culturele barrières vormen nog steeds een belemmering. En volgens de Europese Arbeidsautoriteit sluit de feitelijke werkgelegenheidsstructuur in de lidstaten niet aan bij wat hun economieën werkelijk nodig hebben.

Dit betekent dat sommige landen te veel professionals hebben voor bepaalde functies, terwijl andere landen juist een groot tekort hebben. Dit leidt tot de vreemde paradox dat er tegelijkertijd werkloosheid en onvervulde vacatures bestaan.

En dit is niet zomaar een klein probleempje. Uit een recent rapport blijkt dat 24 EU-landen een overschot aan werknemers hebben voor specifieke beroepen, terwijl 29 landen kampen met een tekort. Neem bijvoorbeeld loodgieters: Spanje heeft er meer dan nodig, terwijl Ierland moeite heeft om er genoeg te vinden.

Theoretisch gezien: gewoon naar het noorden verhuizen?

Het klinkt simpel: verplaats geschoolde arbeidskrachten van overaanbodgebieden in het zuiden naar gebieden met veel vraag in het noorden. Maar in werkelijkheid betekent dit vaak dat je je huis moet achterlaten – niet omdat je dat wilt, maar omdat je geen andere keus hebt.

EURES – het digitale instrument van de EU voor arbeidsmobiliteit

Het belangrijkste antwoord van de EU op deze uitdaging is EURES, een digitaal platform dat wordt beheerd door een netwerk van nationale arbeidsbureaus met steun van de Europese Commissie.

EURES helpt mensen bij het vinden van een baan in het buitenland en brengt talent in contact met regio's die daar behoefte aan hebben. Een van de krachtigste tools is het "Shortages and Surpluses Dashboard" – een interactieve database waarmee je vacatures kunt filteren op land en jaar. Dit helpt werkzoekenden te zien waar hun vaardigheden het meest nodig zijn en beslissingen te nemen op basis van realtime arbeidsmarktgegevens.

Maar hier is het addertje onder het gras: dit hele systeem gaat ervan uit dat verhuizen naar een ander land voor iedereen realistisch is.

Wat als je geen geld hebt om te verhuizen, voor je gezin moet zorgen of de lokale taal niet spreekt? Kunnen we dit echt vrijheid noemen, of is het gewoon een andere vorm van economische druk vermomd als kans?

Het gaat niet alleen om geografie

De mismatch op de arbeidsmarkt overstijgt de grenzen. Het rapport benadrukt dat vrouwen en jongeren hier het meest door getroffen worden. Ze werken vaker in 'overtollige' beroepen – banen waar al te veel werknemers op de lokale markt zijn.

Dit beperkt niet alleen hun carrièremogelijkheden, maar vergroot ook de bestaande sociale ongelijkheid. Wanneer verhuizen voor werk een noodzaak wordt in plaats van een keuze, kunnen we dan echt spreken van gratis toegang tot werk?

En houdt de EU-strategie rekening met deze kritische nuances?

Mensen verplaatsen in plaats van systemen hervormen?

Op papier is het verplaatsen van werknemers van overschot- naar schaarstegebieden een slimme manier om de balans te herstellen. Maar in de praktijk betekent het dat je je huis, je zorgstelsel – en vaak ook je taal – moet veranderen. Dat is een enorme stap, vooral voor gemeenschappen waar mensen niet gewend zijn te verhuizen.

EURES presenteert dit model als een toegangspoort tot "voldoeninggevende, zekere en stabiele" banen. En voor sommigen – vooral jongeren zonder gezinsverplichtingen – kan het echt een opstapje naar carrièregroei zijn.

Maar voor anderen is verhuizen geen avontuur. Het is een laatste redmiddel, gedreven door economische noodzaak.

De grote vraag is dus: moet mobiliteit echt de belangrijkste oplossing zijn voor de mismatch tussen onderwijs en arbeidsmarkt? Of moeten we meer investeren in lokale beroepsopleidingen en omscholingssystemen die de vaardigheden van mensen afstemmen op de werkelijke behoeften van de arbeidsmarkt?

Vrij verkeer of systemische druk?

We moeten ook uitzoomen. EU-verdragen garanderen het recht om overal in het blok te wonen en te werken. Maar het gebruik van dat recht om structurele onevenwichtigheden te herstellen, roept belangrijke politieke vragen op.

Helpt het huidige systeem rijkere landen hun tekorten op te vullen door geschoolde werknemers te ‘importeren’ uit minder ontwikkelde regio’s, in plaats van die regio’s te helpen hun eigen arbeidsmarkt te laten groeien?

Het is niet zo dat EURES iets verkeerd doet – het doet waarvoor het bedoeld is. Maar de manier waarop het wordt gebruikt, zou de interne ongelijkheid in de EU kunnen vergroten, niet verkleinen.

Dit is iets dat niet alleen de aandacht verdient van de Europese Commissie, maar ook van lidstaten die consequent geschoolde werknemers ‘verliezen’ aan hun rijkere buren.

Er is digitale hulp, maar is het voldoende?

Technologie speelt een belangrijke rol in de huidige EU-arbeidsstrategie. Platforms zoals EU Survey en databases over personeelstekorten maken het gemakkelijker om naar banen in het buitenland te zoeken. De data is filterbaar, actueel en transparant, waardoor mensen meer grip op hun carrière krijgen.

Maar dat is slechts een deel van het verhaal. Deze platforms bieden geen huisvesting, compenseren geen loonverschillen tussen landen en helpen je niet bij het wennen aan het leven in een nieuwe cultuur.

Er gaapt nog steeds een grote kloof tussen digitale vacatures en echte, praktische ondersteuning voor mensen die klaar zijn om de sprong naar een nieuw leven in het buitenland te wagen. Wat nog ontbreekt, zijn tools die werknemers niet alleen voorbereiden op het vinden van een baan, maar ook op het daadwerkelijk maken van de overstap – en het succesvol afronden daarvan.

Geschreven door

Geef het gesprek vorm

Heb je iets toe te voegen aan dit verhaal? Heb je ideeën voor interviews of invalshoeken die we moeten verkennen? Laat het ons weten als je een vervolg wilt schrijven, een tegengeluid wilt laten horen of een soortgelijk verhaal wilt delen.