De toekomst is dichterbij dan je denkt

Neurotechnologie is niet langer alleen iets voor futuristische romans of afleveringen van Black Mirror. Het is er nu en biedt baanbrekende manieren om gezondheid, leren en welzijn te verbeteren. Maar innovatie brengt risico's met zich mee: wie is de eigenaar van jouw hersendata? Kunnen jouw gedachten gehackt worden? Worden sommige mensen met de voeten getreden?

Daarom richt de Europese Commissie zich op toekomstverkenning – een strategisch instrument om toekomstige uitdagingen te anticiperen en erop te plannen. Hiermee willen EU-beleidsmakers slimmere regels creëren om de impact van neurotechnologie te beheersen voordat deze uit de hand loopt.

Welke vragen zouden beleidsmakers moeten stellen?

Het forensisch team identificeerde acht beleidsgebieden waar neurotechnologie een significante impact zou kunnen hebben. Elk gebied benadrukt niet alleen de potentiële toepassingen van deze technologieën, maar ook de risico's die vooraf moeten worden aangepakt.

Een van de eerste zorgen is consumentenbescherming. Nu neurotechnologie de grens tussen medisch en niet-medisch gebruik steeds meer vervaagt, waar moeten we dan de grenzen trekken? Moet regelgeving gebaseerd zijn op de manier waarop de technologie wordt gebruikt, of op de aard van de technologie zelf?

Op het gebied van gezondheid rijst de vraag in hoeverre we interventies in het menselijk brein moeten toestaan. Technologieën die het geheugen of emoties kunnen beïnvloeden, bieden wellicht hoop bij de behandeling van neurologische aandoeningen, maar ze kunnen ook instrumenten worden voor manipulatie of uitsluiting.

Grondrechten – met name kinderrechten – vormen een ander gevoelig gebied. Neurotechnologie kan verschillend reageren op signalen die beïnvloed worden door fysieke kenmerken zoals haardikte of huidskleur. Is het overheidsbeleid voorbereid op het risico van replicatie van bestaande vooroordelen in de digitale wereld?

Het eigendom van neurale data wordt een steeds belangrijker punt in de werkcontext. Moet een professionele atleet die van team wisselt bijvoorbeeld zijn hersenactiviteitsgegevens meenemen, of is die informatie eigendom van zijn vorige werkgever?

Er bestaat ook bezorgdheid over het mogelijke gebruik van neurotechnologie door wetshandhavings- of veiligheidsdiensten. Kunnen autoriteiten of derden toegang krijgen tot gegevens die in neurodevices zijn opgeslagen? Hebben we nieuwe wettelijke kaders nodig om de mentale integriteit van burgers te beschermen?

Onderwijs en innovatie lijken voor de hand liggende gebieden voor de toepassing van neurotechnologie, maar ze brengen complexe dilemma's met zich mee. Als neuro-interfaces de cognitieve vaardigheden van studenten daadwerkelijk verbeteren, hoe kunnen we dan gelijke toegang garanderen om verdere verergering van sociale ongelijkheid te voorkomen?

Ten slotte moet de ecologische impact in ogenschouw worden genomen. Neurotechnologische apparaten vereisen vaak kritieke grondstoffen en vormen een uitdaging op het gebied van recycling en afvalverwerking. Zal de circulaire economie ze als bondgenoten omarmen, of worden ze een extra belasting voor het milieu?

Van vragen naar actie: hoe vooruitziende blik werkt

Het onderzoeksteam beperkte zich niet tot het identificeren van risico's. Ze gebruikten een methodische aanpak om te onderzoeken hoe neurotechnologie zich zou kunnen ontwikkelen – en hoe je je daarop kunt voorbereiden:

  • Samenwerking van experts en horizonverkenning: in kaart brengen van bestaand gebruik en mogelijke toekomstige richtingen, verder dan alleen trends.
  • Beleidsmapping: specifieke uitdagingen koppelen aan beleidsgebieden om ervoor te zorgen dat geen enkel probleem onopgemerkt blijft.
  • Workshops Futures Wheel: onderzoek naar de kettingreacties van één technologische beslissing en welke impact deze kan hebben op gezondheid, werk en meer.

Backcasting: een gewenste toekomst definiëren en vervolgens terugwerken om te bepalen welke stappen we vandaag moeten nemen .

Neurotechnologie als testcase voor alle toekomstige technologie

Dit vooruitziende initiatief werd gepresenteerd op CPDP.ai in Brussel , een internationale conferentie gericht op opkomende technologieën en digitale rechten. De belangrijkste les? Neurotechnologie is niet zomaar één innovatie – het is een proeftuin voor hoe Europa in de toekomst met alle disruptieve technologieën om kan gaan.

Door vooruitziende blik te gebruiken, kan de EU de overstap maken van reactief naar proactief beleid. Dat is belangrijk in een wereld waarin technologie zich sneller ontwikkelt dan de wetten die erop van toepassing zijn.

De hier ontwikkelde hulpmiddelen – scenarioplanning, workshops voor belanghebbenden, backcasting – kunnen ook worden toegepast op AI, biotechnologie of quantum computing.

De toekomst managen met de juiste vragen

Wat dit project uniek maakt, is de focus op vragen, niet op antwoorden. In plaats van te proberen standaardwetten te schrijven, begint het met het verkennen van verschillende toekomstscenario's en de vraag: wat kan er misgaan? Wie profiteert ervan – of wordt er juist geschaad? Welke waarden staan ​​op het spel?

Deze omslag in denken zou het begin kunnen zijn van een nieuw soort beleidsvorming: een die flexibel, vooruitstrevend en gebaseerd is op de complexiteit van de echte wereld.

Neurotechnologie hoeft geen dystopische bedreiging te vormen. Het zou het moment kunnen zijn waarop Europa besluit om innovatie slimmer, eerlijker en met oog voor de toekomst die we willen creëren – niet slechts de toekomst waar we toevallig in terechtkomen – te besturen.

Geschreven door

Geef het gesprek vorm

Heb je iets toe te voegen aan dit verhaal? Heb je ideeën voor interviews of invalshoeken die we moeten verkennen? Laat het ons weten als je een vervolg wilt schrijven, een tegengeluid wilt laten horen of een soortgelijk verhaal wilt delen.